Geloven

‘Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.‘ (Johannes 3:16)

Als gemeenteleden zijn we allemaal uniek, maar één ding hebben we allemaal nodig: ons geloof in de Heere. Het is voor niemand vanzelfsprekend. Tegelijk zegt de Bijbel dat het voor iedereen noodzakelijk is! Maar wat is geloven dan? En waar geloven wij in? Diepe vragen. Wie is in staat de liefde van God voor de mens te doorgronden? Op deze pagina hebben wij geprobeerd antwoord te geven op deze vragen. Het is ons gebed dat het tot zegen voor u mag zijn!  

WAT IS GELOVEN?
De Van Dale geeft de volgende definities van ‘geloof’ en ‘geloven’.

ge·loof (het; o; meervoud: geloven) 
1. het vertrouwen in de waarheid van iets 
2. een vast en innig vertrouwen op God

ge·lo·ven (geloofde, heeft geloofd) 
1. vast vertrouwen in het bestaan van iem. of iets: geloven in (of: aan) God 
2. voor waar houden op het gezag van een ander

Ook in de Bijbel wordt een definitie van geloven gegeven:
‘Het geloof nu is een vaste grond van de dingen die men hoopt, en een bewijs van de zaken die men niet ziet.’ (Hebreeën 11:1)

Het lijken allemaal ongrijpbare dingen: het geloof, hoop, zaken die je niet ziet. En toch staat het hier zo stellig: het is een vaste grond, het is hét bewijs. Maar wat zijn dan de dingen waarop we hopen? Wat is dan het bewijs wat we niet kunnen zien? Als we verder lezen in dit hoofdstuk van de brief aan de Hebreeën vinden we de antwoorden. Het gaat daar over mensen met een rotsvast vertrouwen in de beloften die God, de Heere hen gaf. Dat ze te midden van alle onzekerheid en verdriet van het leven, weten dat ze geborgen liggen in Zijn handen. Dat de Heere het is die hun vasthoudt en leidt. Het gaat over het geloof dat zij hebben in God. Het geloof dat ze hebben op een betere toekomst, op het Hemelse Vaderland. 

‘Want uit genade bent u zalig geworden, door het geloof, en dat niet uit u, het is de gave van God; niet uit werken, opdat niemand zou roemen.’ (Efeze 2:8-9)

Bovenstaande Bijbelverzen laat ons zien dat het geloof een geschenk van God is. Het begint bij Hem, waar Hij Zichzelf aan de mens laat zien. De Bijbel legt uit dat God dat doet door de natuur (Romeinen 1, Psalm 19), door ons geweten en door Zijn Woord, de Bijbel. Door dat laatste, de Bijbel, leren we God kennen zoals Hij is. Vervolgens gaan we God ook steeds meer zien en beter leren kennen. Het resultaat daarvan kan alleen maar zijn dat we Hem meer gaan liefhebben. Dan willen we leven naar de geboden en de beloften die de Heere God ons geeft in de Bijbel. Het is geen ‘moeten’, maar een daad uit dankbaarheid en liefde voor Hem. Een samenvatting van de geboden geeft Jezus in Mattheüs 22:37-40: ‘Jezus zei tegen hem: U zult de Heere, uw God, liefhebben met heel uw hart, met heel uw ziel en met heel uw verstand. Dit is het eerste en het grote gebod. En het tweede, hieraan gelijk, is: U zult uw naaste liefhebben als uzelf. Aan deze twee geboden hangt heel de Wet, en de Profeten.’

WAT GELOVEN WIJ?
De kern van ons geloof kunnen we als volgt samenvatten:

Een goed begin – Genesis
Het begin van de Bijbel vertelt ons dat God de hemel en de aarde geschapen (uit niets gemaakt) heeft: zon, maan, sterren, de aarde, bomen, planten, vogels, vissen en landdieren. Ten slotte, als kroon op de schepping, maakte God de mens. Het doel van de schepping is dat alles tot eer van God leeft. In het begin was er een volkomen harmonie met elkaar: dieren en mensen onderling én de mens met God (Genesis 1-2).

Ongehoorzaamheid
De eerste mensen, Adam en Eva, luisterden echter naar de duivel en waren God ongehoorzaam. Dit veroorzaakte een grote scheiding tussen God en de mensen. De zonde (geen rekening houden met God) wekte de toorn (heilige boosheid) van God op. Verdriet, moeite en zelfs de dood kwamen in de wereld. De Bijbel zegt dat de mens moet sterven als straf op de zonde (Genesis 3). Niet alleen Adam en Eva, maar alle mensen die na hen geboren zijn, hebben van zichzelf ook een verkeerd (zondig) bestaan. Daarom verdienen we allemaal dezelfde straf, namelijk de eeuwige ondergang. De Bijbel spreekt hier op een indringende manier over.

Onverdiende liefde
Gelukkig eindigt de Bijbel hiermee niet! God heeft in Zijn oneindige liefde gezorgd voor een mogelijkheid om gered te worden. Die mogelijkheid is er alleen door Jezus Christus, Gods eigen Zoon. Hij kwam naar de aarde om voor zondige mensen de verhouding met God te herstellen. In het Nieuwe Testament, het tweede gedeelte van de Bijbel, lezen we daarover: ‘Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder, die in Hem gelooft, niet verderve (d.w.z. verloren gaat), maar het eeuwige leven hebbe’ (Johannes 3:16).

Redding door Jezus, de Zaligmaker

Kruis en Pasen
Hoe kan Jezus Christus nu onze Redder zijn of worden? Dit kan door het geloof in Hem. Hij wilde vrijwillig in de plaats van zondaren de straf dragen. Hij heeft geleden en is zelfs aan het kruis gestorven, én na drie dagen weer uit het graf opgestaan!. Zijn zelfopoffering was zó groot, dat Hij daarmee – en door Zijn opstanding – de schuld kan wegnemen van een ieder die in Hem gelooft. Wie in de Heere Jezus leert geloven, mag daarom onverdiend vrijuit gaan en wordt niet meer gestraft voor zijn zonden. Omdat het onverdiend is, noemen we dit ‘genade’. Dat is het grootste wonder dat er bestaat. En God gaat nog steeds door met het redden van mensen!

Een nieuw leven
Maar het verdrietige is dat wij dit uit onszelf niet geloven. Wij zijn namelijk helemaal gericht op de zonde. Als het aan ons ligt, willen we liever zonder God doorleven dan gered worden. Het is nodig dat wij dit leren inzien. Het is nodig dat we berouw krijgen over ons zondige leven. Het is nodig dat we in ons hart voelen dat we zonder deze vernieuwende genade voor eeuwig verloren gaan. Dan zullen we ook aan God om vergeving vragen. Hij wil die vergeving geven door het geloof in Jezus’ offer. God wil ook nu nog dat geloof in het hart van zondige mensen geven. Dat werkt de Heere door Woord en Geest.

Wie in de Heere Jezus leert geloven, zal als dank voor het grote offer dat Hij gebracht heeft ook God willen gehoorzamen. Die gehoorzaamheid aan God is onmisbaar in het leven van een christen. Die verandering wordt in de Bijbel ‘wedergeboorte’ genoemd. Een mooi woord, want het wijst er op dat je als het ware opnieuw geboren wordt. Het oude zondige leven maakt plaats voor een nieuw leven in gehoorzaamheid aan God. Dat nieuwe leven betekent aan de ene kant strijden tegen al het verkeerde en aan de andere kant hoop en vertrouwen op God. Dat nieuwe leven zal nooit meer eindigen. De gelovigen zullen wel een keer sterven, maar na hun sterven zullen zij eeuwig God loven en prijzen in de hemel. Zonder enig gebrek. Zonde, verdriet en ellende zijn dan voorgoed voorbij.

GELOOF JIJ AL?
Het is een belangrijke boodschap! Uiteindelijk zullen we allemaal verantwoording af moeten leggen van ons eigen leven als we voor de rechterstoel van God verschijnen. De beslissende vraag is dan: gelooft u in de Heere? Bepaald dat geloof in de Heere uw leven en uw keuzes? Neem daarom de volgende aansporing uit de Bijbel ter harte: ‘Zoekt de HEERE terwijl Hij te vinden is; roept Hem aan terwijl Hij nabij is. De goddeloze verlate zijn weg en de ongerechtige man zijn gedachten; en hij bekere zich tot de HEERE; zo zal Hij zich over hem ontfermen; en tot onze God, want Hij vergeeft menigvuldig.’ (Jesaja 55: 6-7).

Tot slot nog een belofte van God uit Zijn Woord aan u: ‘Bid, en u zal gegeven worden; zoek, en u zult vinden; klop, en er zal voor u opengedaan worden. Want ieder die bidt, die ontvangt; wie zoekt, die vindt; en voor wie klopt zal opengedaan worden.’ (Mattheüs 7:7-8) 

Heeft u door het lezen van bovenstaande tekst vragen gekregen? Bent u op zoek naar antwoorden? U kunt altijd contact opnemen met onze predikant via Contact.